Onderstaand renteschema geeft inzicht in de rentelasten van externe financiering, het renteresultaat en de wijze van rentetoerekening. Om aansluiting te maken op het totaal van het taakveld treasury zijn aan het verplichte overzicht nog drie regels toegevoegd.
Bedragen x € 1.000 | ||||
Overzicht rente Begroting 2022 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
a1. De externe rentelasten over de lange financiering | 4.641 | 4.530 | 4.480 | 4.445 |
a2. De externe rentelasten over de korte financiering | 0 | 0 | 0 | 0 |
b1. De externe rentebaten | -375 | -354 | -259 | -245 |
Totaal door te rekenen externe rente | 4.266 | 4.176 | 4.221 | 4.200 |
c1. De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend | -616 | -406 | -337 | -33 |
c2. Correctie i.v.m. verwachte afwijking % grondexploitaties (jaarlijkse herrekening) | 0 | 0 | 0 | -5 |
c3. Resultaat projectfinanciering Trivire en Yulius (lasten en baten naar eigen taakveld) | 150 | 137 | 43 | 29 |
Saldo door te rekenen externe rente in renteomslag | 3.800 | 3.907 | 3.927 | 4.191 |
d1. (Bespaarde) rente over eigen vermogen | 9.817 | 9.944 | 10.174 | 9.943 |
d2. Rente over voorzieningen (gewaard. op contante waarde) | - | - | - | - |
De aan taakvelden (programma’s incl. overzicht Overhead) toe te rekenen rente | 13.617 | 13.851 | 14.101 | 14.134 |
e1. De werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (obv afgerond percentage) | -13.617 | -13.851 | -14.101 | -14.134 |
e2. Stelpost i.v.m. vertraging uitvoering investeringen vorig dienstjaar | 3 | 166 | 174 | 194 |
Renteresultaat op het taakveld treasury cf. BBV | 3 | 166 | 174 | 194 |
f1. Toegerekende rente aan financiële vaste activa (binnen het taakveld treasury) | 794 | 794 | 794 | 794 |
f2. Dividenden en winstuitkeringen op taakveld treasury (buiten renteomslag) | -2.528 | -7.428 | -7.428 | -7.428 |
f3. (Bespaarde) rente over eigen vermogen (d1. extracomptabel) | -9.817 | -9.944 | -10.174 | -9.943 |
Saldo taakveld 0.5 treasury | -11.548 | -16.412 | -16.634 | -16.383 |
Toelichting:
a.
Dit zijn de werkelijke rentekosten van de huidige leningenportefeuille.
b1.
Dit onderdeel betreft de rente die we ontvangen over uitgeleende gelden. Het gaat om leningen aan (onder meer) Trivire en Yulius, leningen in het kader van het stimuleringsfonds volkshuisvesting en monumentenherstel. De rentebaten nemen af door (vervroegde) aflossingen van Yulius en Trivire en door contractuele renteherzieningen, waarbij naar verwachting een lager rentepercentage zal worden vastgesteld.
c1./c2.
De rente die aan de boekwaarde van de grondexploitaties wordt toegerekend is 0,70%. Op basis van de geprognosticeerde balans blijft dit percentage tot en met 2024 gelijk en stijgt het vanaf 2025 licht. Om resultaten in de jaarrekening zoveel mogelijk te voorkomen is op het taakveld treasury het verschil tussen de berekende rente uit de geprognosticeerde balans en de daadwerkelijk te verwachten rente gecorrigeerd (c2.). De rente die aan de grondexploitaties wordt toegerekend daalt gedurende de begrotingsperiode, dit ontstaat door stijgende inkomsten op de grondexploitaties.
c3.
De leningen die aangetrokken zijn voor Trivire en Yulius en zijn doorverstrekt (projectfinanciering), zijn voor zowel de rentelasten als de rentebaten apart toegerekend aan de respectievelijke taakvelden woningbouw en zorg. Omdat de rente op de aangetrokken leningen is verlaagd (via de herstructurering op BNG-leningen in 2020), is er een positief saldo. De gemeente heeft de rente op aangetrokken leningen al via het agio betaald, maar de corporaties betalen deze rente pas later (jaarlijks) aan de gemeente.
d.
Met het eigen vermogen besparen we rentelasten, deze bespaarde rente wordt hier weergegeven. Hiervoor mag maximaal het rentepercentage dat over het vreemd vermogen gerekend wordt gehanteerd worden. In voorgaande jaren is dit maximale percentage altijd gehanteerd, echter is in de Kadernota 2022 besloten het rentepercentage over het eigen vermogen dusdanig te bepalen dat de renteomslag op 2% uitkomt. Op basis hiervan rekenen we over deze begrotingsperiode een rentepercentage van circa 1,5% over het eigen vermogen.
e1.
Het totaal van toe te rekenen rente wordt gedeeld door de waarde van alle activa die integraal gefinancierd is. Dit percentage wordt vervolgens afgerond op een veelvoud van 0,5%. Het afgeronde percentage wordt toegerekend aan alle taakvelden op basis van de waarde van de bijbehorende activa. Het verschil (door de afronding van het percentage), wordt zichtbaar als renteresultaat op het taakveld treasury.
e2.
De werkelijk toe te rekenen omvang is afhankelijk van gerealiseerde investeringen per 1-1 van het boekjaar. In de basis wordt ervan uit gegaan dat alle begrote investeringen van voorgaande jaar ervoor worden gerealiseerd. De praktijk leert dat daar enige vertraging in zit. Het gevolg is een lagere boekwaarde per 1-1 en minder toe te rekenen rente. Om die reden wordt een stelpost aangehouden om tegenvallers in de jaarrekening te voorkomen.
f1./f2.
Binnen het taakveld treasury is een aantal lasten en baten opgenomen die buiten de renteberekening vallen. Om aansluiting te krijgen op het taakveld zijn deze onder de renteberekening toegevoegd. De lasten betreffen de omslagrente die toegerekend wordt aan de deelnemingen Stedin en Evides. De baten bestaan met name uit dividenduitkeringen van die partijen en een winstuitkering op een aflopende langdurige belegging.
f3.
Het is verplicht om de bespaarde rente die onder d1. is opgenomen op deze wijze te presenteren. Maar deze wordt niet daadwerkelijk in de begroting verwerkt. Om aansluiting te maken met het taakveld treasury in de Begroting wordt deze daarom onder f3. weer geëlimineerd.