In de Kadernota 2022 zijn zeven dekkingsmaatregelen opgenomen. Sindsdien hebben zich ten aanzien van punt 1 tot en met 5 diverse ontwikkelingen voorgedaan. Deze ontwikkelingen resulteren in onderstaande invulling en voorgestelde aanpassing.
Bedragen x € 1.000 | |||||
Dekkingsmaatregelen | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
1a | Meicirculaire 2021 | 1.617 | 764 | -44 | -449 |
1b1 | Septembercirculaire 2021 | 5.596 | 4.585 | 4.318 | 4.585 |
1b2 | Loon- en prijsontwikkeling 2022 | -1.750 | -1.750 | -1.750 | -1.750 |
2a1 | Rijksbudget Jeugd | 9.900 | p.m. | p.m. | p.m. |
2a2 | Uitgaven Jeugd | -8.700 | p.m. | p.m. | p.m. |
2b | Rijksbudget Sociaal domein overig | p.m. | p.m. | p.m. | p.m. |
3 | Budgetneutraal indexeren | - | - | - | - |
4 | Areaaluitbreiding niet-woningen | 245 | 245 | 245 | 245 |
5 | Opbrengsten inwonerstijging | -366 | -383 | -408 | |
6 | OZB-verhoging | p.m. | p.m. | p.m. | p.m. |
7 | Bezuinigingen | p.m. | p.m. | p.m. | p.m. |
Totaal | 6.542 | 3.461 | 2.361 | 2.631 |
Gewijzigde dekkingsmaatregelen
1a. Meicirculaire 2021
De Meicirculaire geeft een voordeel in de eerste jaren, dat omslaat in een nadeel vanaf 2024. De raad is met de raadsinformatiebrief over de Meicirculaire 2021 geïnformeerd over het effect van de circulaire. Dit effect verwerken we in de Begroting 2022.
1b. Septembercirculaire 2021
De Septembercirculaire geeft in alle jaren een voordeel. Dit komt vooral door een toename van de begrote rijksuitgaven voor zorg, klimaat, wonen, kinderopvangtoeslag en lonen en prijzen. Deze hogere uitgaven werken via de trap-op trap-af systematiek door in het gemeentefonds. Ook is in 2022 de opschalingskorting geschrapt. Conform bestendige gedragslijn verwerken we de uitkomsten van de septembercirculaire in de Begroting 2022. Het voordeel is deels nodig om de verwachte loonontwikkeling in 2022 af te dekken. Een uitgebreidere toelichting op de effecten vanuit de circulaire is opgenomen in de raadsinformatiebrief over de Septembercirculaire 2021.
2a Rijksbudget en uitgaven Jeugd
De landelijke Commissie van Wijzen heeft geoordeeld dat extra middelen benodigd zijn ter compensatie van gemeentelijke tekorten in de jeugdzorg, in combinatie met maatregelen die het jeugdstelsel op de lange termijn beter houdbaar maken, de zogenoemde Hervormingsagenda.
Op basis van dit oordeel heeft het Rijk voor 2022 extra middelen beschikbaar gesteld. Dordrecht ontvangt daarmee € 11,1 miljoen. Hier staat een structurele korting van € 1,2 miljoen tegenover, vooral door het gewijzigde woonplaatsbeginsel. Per saldo zijn de extra inkomsten € 9,9 miljoen in 2022. Deze extra middelen zorgen ervoor dat de uitgaven voor jeugdhulp in 2022 naar verwachting volledig kunnen worden afgedekt.
De begrote uitgaven voor jeugdhulp zijn gebaseerd op de primaire Begroting 2022 van de Serviceorganisatie Jeugd ZHZ (SOJ). Het uitgavenniveau uit deze primaire begroting is te laag, wat ook tot uitdrukking komt in de 1 e bestuursrapportage van de SOJ. Dit hangt samen met een hoger kostenvolume en een herzien pakket aan maatregelen om de volumegroei om te buigen. Eind 2021 ontvangen we de geactualiseerde meerjarenbegroting 2022 van de SOJ waarin ook de effecten van het gewijzigde woonplaatsbeginsel zijn verwerkt. Op dit moment schatten we in dat Dordrecht de uitgaven voor Jeugdhulp in 2022 met € 8,7 miljoen naar boven moet bijstellen.
Per saldo zijn de extra rijksinkomsten in 2022 € 1,2 miljoen hoger dan de verwachte extra uitgaven. Hiermee worden de tekorten die de afgelopen jaren ten laste van de algemene middelen zijn gebracht deels gecompenseerd.
De omvang van de extra inkomsten vanaf 2023 is op dit moment moeilijk in te schatten. Dit is vooral afhankelijk van besluitvorming door het nieuwe kabinet over de hoogte van de structurele compensatie en het tempo en de omvang van door te voeren ombuigingen vanuit de hervormingsagenda. Hoe de uitgaven zich vanaf 2023 gaan ontwikkelen is op dit moment ook moeilijk in te schatten. Dit komt vooral doordat de bezuinigingsmaatregelen vanuit de Hervormingsagenda nog niet nader zijn uitgewerkt. Gezien de huidige onzekerheden vanaf 2023 is op dit moment geen realistische inschatting van zowel inkomsten als uitgaven te maken. Deze inschatting is beter te maken als de geactualiseerde begroting van de SOJ is ontvangen, als het nieuwe kabinet een definitief besluit over de rijksinkomsten neemt en als de Hervormingsagenda nader is uitgewerkt. Hierdoor kan door een nieuw college een gefundeerde keuze worden gemaakt ten aanzien van de jeugdzorg in relatie tot de extra rijksinkomsten. Om die reden zijn in deze Begroting 2022 vanaf 2023 geen extra inkomsten en uitgaven voor jeugdhulp opgenomen.
3. Budgetneutraal indexeren
Indexatie van budgetten is nodig om de koopkracht op peil te houden. In het gemeentefonds is in principe ruimte aanwezig om indexatie toe te passen. Het streven is deze indexatie budgetneutraal uit te voeren. Bij de Kadernota 2022 bleek dat de budgettaire ruimte die vanuit het gemeentefonds beschikbaar is om te indexeren, ontoereikend is om de verwachte prijsstijging van budgetten te compenseren. In de Kadernota is daarom een nadeel opgenomen vanuit de indexatie van budgetten. Vanwege het financieel perspectief is er bij de Kadernota voor gekozen om bij de Begroting 2022 te heroverwegen om ter hoogte van dit nadeel geen prijsindexatie op materiële budgetten toe te passen, met als resultaat budgetneutrale indexering. Gezien het huidige saldo 2022 en de nadelige effecten van niet indexeren voor de productie/uitvoering wordt deze dekkingsmaatregel niet ingezet.
4. Areaaluitbreiding niet-woningen
De uitgifte en bebouwing van bedrijfsgronden op onder andere DKIV en de bestaande werklocaties leidt tot een toename van het areaal waarop OZB wordt geheven. De uitgifte van specifiek DKIV loopt daarbij voor op de oorspronkelijke prognoses. Dit leidt tot een hogere OZB-opbrengst.
5 . Opbrengsten inwonerstijging
In de raadsinformatiebrief over de Meicirculaire 2021 is de raad ook geïnformeerd over de realisatie van de ingerekende extra inkomsten vanuit de groeiambitie. De prognoses ten aanzien van woningbouw sluiten aan bij de aantallen en opbrengsten waarmee in de begroting is gerekend. Wel zien we dat de ontwikkeling van het aantal inwoners achterblijft bij de woningbouwontwikkeling. Zie voor de ontwikkeling van de inwoners ook het dashboard in de Begroting 2022. Het aantal woningen stijgt, maar het aantal inwoners neemt minder toe dan verwacht. Op basis hiervan worden de geraamde inkomsten voor 2022-2024 naar beneden bijgesteld.